Jan Rath ontwikkelde zijn muzikaliteit in het jongenskoor

BIOGRAFIE

Jan Rath (Flevo sextet)

door Hans Zirkzee

Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde en schreef over talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Musici die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen. 
Deze biografie werd deels gepubliceerd in Jazz in Rotterdam.

FOTO
Jan Rath bij Flevo Sextet

Jan Rath

(Rotterdam, 3 februari 1934)

"IK MOEST VAN MIJN VADER KIEZEN TUSSEN VOETBAL EN DE MUZIEK"

Jan Rath

De jaren kort na de Tweede Wereldoorlog waren chaotisch en armoedig. Naast de massale zuivering van de Nederlandse nazi’s, NSB’ers en andere collaborateurs moest de jeugd weer in het gareel. Met name in het westen van Nederland waren er tegen het einde van de bezetting dagelijks excessen. Niet alleen de Duitse bezetters blonken uit in wettenloosheid. Ook Nederlandse jongeren maakten zich in het laatste oorlogsjaar schuldig aan criminele handelingen en losbandigheid. Door de razzia’s waren de meeste mannen tussen 17 en 40 jaar weggevoerd en wat doe je als er niets meer te eten is in een onverwarmd huis zonder stromend water? Tegen het einde van de Hongerwinter lagen de lijken op straat. In de meeste naoorlogse publicaties wordt er weinig geschreven over het toenmalige anarchisme. Het is ook niet iets om trots op te zijn. Evenals de talrijk plunderingen, die na het bombardement van Rotterdam op grote schaal plaatsvonden en ook vrijwel onvermeld bleven.
De jeugd moest dus weer in het gareel. Zij dienden zich aan te sluiten bij de diverse jongerenorganisaties, die conform de vooroorlogse verzuiling op de verschillende levensbeschouwende visies waren gestoeld.

SWINGDANSEN
Swingdansen werd nadrukkelijk verboden. Hoewel velen anders beweren, er was na de bevrijding vrijwel geen jazz. De betere Nederlandse jazzorkesten gingen met de geallieerden mee naar Duitsland en Frankrijk. Het grote publiek had toch geen geld om uit te gaan en op de radio heerste het gesproken woord, klassieke muziek en kerkdiensten van de meest uiteenlopende denominaties. Het getormenteerde Nederland moest worden opgebouwd. Zelfs tot medio jaren zeventig wilden de conservatoria van jazzmuziek niets weten. Jazzbeoefening was op straffe van verwijdering van de opleiding verboden. De musici leerden de nieuwe jazz via de uitzendingen van de BBC en American Forces Network (AFN), van de zeldzame platen en vooral van elkaar. Opmerkelijk veel selfmade jazzmusici kwamen toentertijd uit Rotterdam-Zuid, onder anderen Piet Noordijk, Rob Franken, Tony Viola, Peter Snoei, Ruud Kuyper, Toon van Vliet, Cock Schelvis, Greetje Kauffeld en pianist Jan Rath.

‘Ik moest van mijn vader kiezen tussen voetbal en de muziek en ik heb voor de muziek gekozen, maar ik denk dat ik het met voetbal ver geschopt zou hebben.’
(Arnhemse Courant, 26 oktober 2016).

Verboden te swingen
Swingdansen verboden

NONNEN
Jan
kreeg op 7-jarige leeftijd pianoles van de nonnen in het klooster aan de Lange Hilleweg op Zuid. In de Breepleinkerk zat hij in het jongenskoor, waar hij – naar eigen zeggen – zijn muzikaliteit ontwikkelde. Jan kwam via de uitzendingen van Pete Felleman, de eerste jazzdiskjockey in de geschiedenis van de Nederlandse radio, in contact met de jazzmuziek. Hij werd meteen gegrepen door de bebop en de pianisten Errol Garner en Horace Silver. Thuis bestudeerde hij de solo´s van pianist Bill Evans met behulp van een bandrecorder. Hij startte op 18-jarige leeftijd in de jazzclub Zuid aan de Van Malsenstraat zijn eigen trio met bassist Lou Beijn en drummer Cock Schelvis, die hij had leren kennen in Bep´s Taria, een snackbar in de Sandelingestraat.

MOANIN’
Destijds viel er niet veel te beleven op Zuid. Tot vervelendst toe speelden zij Moanin, de wereldberoemde compositie van Bobby Timmons, de pianist uit de band van drummer Art Blakey. Eind jaren vijftig speelde hij in The Modern Highway Men. Jan maakte ook deel uit van de combo van de Jazzclub Zuid met Ruud Kuyper, Aad Groeneboom, Hans van Leeuwen, Lou Beijn en saxofonist Leo Meijer, dat ook het huisorkest van de legendarisch jazzclub B14 was. Met Cees de Visser (drums) en Paul Godwald (bas) won hij in 1963 het Loosdrechts Jazzconcours. Hun versie van Summertime was goed voor de eerste plaats in de categorie ‘Modern’. Na zijn verhuizing naar Arnhem in 1966 startte hij een hechte samenwerking met slagwerker Rinus Smit en bassist Peter Krijnen. In 1968 richtte hij het veel spelende kwintet Rathaplan op met o.a. trompettist Eduard Blok en saxofonist Herman de Wit. Rond 1973 maakte hij deel uit van het Boy Raaymakers Kwintet. In 1980 werd hij pianist en arrangeur bij Maaike Nicola & Friends.

NAT KING COLE
Jan Rath
speelde door de jaren heen met ‘grote namen’ zoals Chet Baker, Archie Shepp en Johnny Griffin en met musici van vaderlandse bodem zoals de saxofonisten Ab Schaap, Harry Verbeke en Ferdinand Povel, drummer Pierre Courbois en gitarist Wim Overgaauw. Jan Rath is te horen op de platen van Maaike Nicola & Friends en Boy Raaymakers. Hij is nog steeds actief als pianist. Met o.a. zanger Lesley Robinson vormt hij het duo Two Hearts of Jazz dat een hommage brengt aan de muziek van Nat King Cole.

Hans Zirkzee
Hans Zirkzee

Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016

OVER R†JAM
Stichting Rotterdam Jazz Artists Memorial