Joost van Os en zijn door de Duitsers verboden Swing Papa’s

BIOGRAFIE

Dutch Swing College

door Hans Zirkzee

Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde en schreef over talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Musici die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen. 
Deze biografie werd deels gepubliceerd in Jazz in Rotterdam en werd aangevuld met later beschikbaar gekomen informatie.

Pieter ‘Joost’ van Os

(Rotterdam, 15 januari 1921 - Leidschendam, 22 november 1984)

"Hij veroordeelde de Bebop ooit als ‘etterzweren op het gelaat der muze’"

Pieter ‘Joost’ van Os (Rotterdam, 15 januari 1921 – Leidschendam, 22 november 1984)
Joost van Os en zijn broer Dick (piano) kregen thuis de jazzmuziek met de paplepel ingegoten. Duke Ellington en Louis Armstrong hadden hun voorkeur boven Paul Whiteman en Jack Hylton. Joost van Os kreeg trompetles van Kees van Munster, de trompettist van The Blue Blowers.

SWING PAPA’S
Hij kwam als 17-jarige in 1938 bij de Haagse Swing Papa’s, de voorloper van de Dutch Swing College Band. De idealistische leden van het orkest maakten tijdens de oorlog plannen voor een nationaal muziekcollege en muziekscholen voor jonge jazzliefhebbers in elke grote plaats in Nederland. Het einde van de Tweede Wereldoorlog zou de exacte oprichtingsdatum moeten zijn van het Orchestra of the Dutch Swing College, zoals de DSCB aanvankelijk heette. Op 5 mei 1945 vond het eerste officiële optreden van de DSC plaats in Amacitia.

Palace Swing Papa's RN 14 dec 1941 edit
advertentie RN 14 december 1941

NEDERLANDSCHE HOT CLUB
Joost van Os
debuteerde op 5 februari 1938 in zijn geboorteplaats met het orkest van de Nederlandsche Hot Club afdeeling Rotterdam in een gedurfde bezetting van vijfmaal piano, tweemaal gitaar, trompet, bas en slagwerk. In hetzelfde jaar begon Joost zijn eigen orkest: ‘Joost van Os and his Rhythm’. Bezetting: Jaap Feijten (piano), Lou Reens (drums), Nol Bonheur (bas) en de gitaristen Chris Robart en Leo van de Roer. Van Os hield van het stevige ritme van de twee gitaren. De naam The Swing Papa’s werd in 1943 door de Duitsers verboden. De band ging verder als Joost van Os’ Residentie Dansorkest of de Slingervaders. Swing Papa’s februari 1940: Joop A. Stoutjesdijk (ss, ts, bars), Hans van Assenderp (ts), T. Versteegh (g), Gerard (Dick) van Oirsow (p) en Joost van Os (tmp). Tot mei 1944 speelde hij op de Rotterdamse podia. Daarna werd hij opgeroepen voor de Arbeitseinsatz.

SWINGPAPA'S 1940
Swingpapa’s 1940 met Peter Schilperoort (klar)

MENINGSVERSCHIL
Joost
kwam pas lang na de bevrijding terug in Nederland. Een meningsverschil met Peter Schilperoort over de muzikale richting van de DSCB deed hem besluiten de band te verlaten. Joost van Os maakte van zijn hart geen moordkuil. Hij veroordeelde de Bebop ooit als ‘etterzweren op het gelaat der muze’.

BRONNEN
Artikel W.H. van de Berg, Schroevers Koerier juli 1938.
Brief Hans Langeweg aan Leen van de Berg 17 oktober 1979
De Jazzwereld, april 1939
Jazz als probleem, Henk Kleinhout (2007)
Jazz in Rotterdam, de geschiedenis van een grote stadscultuur (2015) door Hans Zirkzee

Hans Zirkzee
Hans Zirkzee

Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016

OVER R†JAM
Stichting Rotterdam Jazz Artists Memorial